Financiële structurering van het DGA vermogen? Tel uit je winst!

Financiele structurering DGA vermogenDe DGA heeft veel mogelijkheden om zijn zakelijke en privé vermogen te structureren. Goede keuzes leveren snel netto voordeel op. Bijvoorbeeld: dividend uit de BV naar privé? Zo lang mogelijk uitstellen is een vaak gehoord credo. Want anders moet onmiddellijk dividendbelasting worden afgedragen. En die is dan in de BV niet meer beschikbaar voor nieuwe investeringen. Maar wat als de DGA wil investeren in privé? Bijvoorbeeld: de koop van een eigen woning? Wat is dan wijsheid? Is dan een dividenduitkering naar privé wel verantwoord? Of is een lening van de eigen BV dan financieel toch gunstiger?

Lenen van de BV

De afweging tussen een dividenduitkering of een lening van de BV lijkt makkelijk.  Een lening van de eigen BV lijkt voor de hand. De onmiddellijke heffing van 25% in box 2 wordt dan uitgesteld. Daarbij komt dat het netto ontvangen dividend wellicht bijgeteld wordt bij het box 3 vermogen. Daar moet dan dus jaarlijks 1,2% vermogensrendementsheffing over worden betaald. De keuze voor dividend lijkt niet voordelig. Zonder enige twijfel….?? Ja: inderdaad: twijfel met een groot vraagteken.

Want deze conclusie is wel wat kort door de bocht. We kijken wat specifieker naar de situatie van Klaas. Klaas heeft een lekker lopende onderneming met een goede solvabiliteit en een mooie liquiditeit. In totaal heeft Klaas in zijn Holding BV zo’n €800.000 aan liquiditeiten op termijndeposito’s geparkeerd. Die doen het ‘aardig’ met een rendement van 1,9%.

Investeren in privé

Klaas loopt tegen een nieuwe woning aan. Zijn bestaande eigen woning (bij de bank gefinancierd) is wat te klein geworden. Zijn gezinnetje en zijn kinderen zijn gegroeid. En ook Klaas en zijn vrouw Marie hebben wat meer behoefte aan wat meer ruimte. En zo vindt Klaas een nieuwe woning, koopsom €350.000. Voor de verwerving en verbouwing begroten Klaas en Marie €75.000. In totaal heeft Klaas €425.000 nodig.

Verhuur eigen woning

Wat doet Klaas met zijn bestaande woning? Die heeft hij ooit in een nieuwbouwproject gekocht voor €285.000. Maar de huizenprijzen staan onder druk en Klaas verwacht nu niet meer te kunnen €225.000. Zo’n (niet-verrekenbaar) verlies van €60.000 is wel wat zuur. Het liefste zou Klaas de woning aanhouden en verhuren. In afwachting van betere tijden: de economie vertoont weer voorzichtige tekenen van herstel. En over drie jaar gaat de bestaande eigen woning misschien wel voor zo’n €325.000 van de hand. Dan pakt Klaas zomaar een onbelaste winst van €40.000. Voor dat verschil van €100.000 wil Klaas het risico en het heisa van verhuur wel aan.

Herfinancieren

Maar als Klaas de bestaande woning gaat verhuren zal de bank inlossing van de hypotheekschuld verlangen. Het gaat dan om een bedrag van €275.000 plus een boeterente van €15.000. Totaal een bedrag van €290.000.

Klaas rekent het een en ander eens na. Hij heeft €290.000 nodig voor de financiële afwikkeling van de bestaande woning. Die boeterente is aftrekbaar wanneer de schuld wordt afgelost voordat hij deze woning gaat verhuren. Dus van box 1 naar box 3 verhuist. Per saldo heeft Klaas dus geschat €284.000 nodig. En voor de nieuwe woning plus kosten en investeringen €425.000. Totaal €709.000. En dat kan Klaas onttrekken aan de BV.

Fiscaal aantrekkelijk

Maar wat is daarbij fiscaal en bedrijfseconomisch gezien de beste opzet? Dividend of lenen?

Stel: Klaas leent van de BV €100. En Klaas gebruikt die voor een investering. Die investering geeft een rendement van 4%. De BV van Klaas wil wel een rentevergoeding ontvangen van 3,5%. In deze situatie ontvangt Klaas per jaar €4,00, moet hij €3,50 rente betalen aan zijn BV. De renteopbrengst komt weer naar Klaas privé na heffing vennootschapsbelasting (-20%) en dividendbelasting (-25%). Dit is dus €2,10. Per saldo ontvangt Klaas netto per jaar €2,60. En de contante waarde van deze netto kasstromen bij een rendementseis van 3,5% is €74,28.

Dividenduitkering

We zetten dit af tegen de situatie dat Klaas een dividenduitkering doet om daarmee de investering te doen. Dan moet Klaas onmiddellijk €25 dividendbelasting betalen. Hij houdt dan maar €75 over voor de investering. Hij ontvangt dan dus maar 4% van €75 is €3,00. De contante waarde van deze netto kasstromen bij een rendementseis van 3,5% is beter: €85,71. Dat lijkt dus beduidend gunstiger.

Echter wordt Klaas waarschijnlijk ook getroffen door de vermogensrendementsheffing van 1,2 % van €75 is €0,90. Zijn netto ontvangst is dan helaas maar €3,00 minus €0,90 is €2,10. En de contante waarde van deze netto kasstromen bij een rendementseis van 3,5% is helaas maar €60. Dit is dus beduidend minder.

Let wel: de vorige situatie dreigen we appels met peren te vergelijken. Want in de uiteindelijke situatie (na een oneindig lange periode) zal Klaas zijn gedane investering weer liquide maken. In geval van de dividenduitkering heeft Klaas na desinvestering € 75,- in zijn privé portemonnee. En ingeval van de lening wordt de opbrengst gebruikt om de lening aan zijn BV af te lossen. De eindsituatie lijkt bij de verschillende scenario’s verschillend. Voor een eerlijk vergelijk moeten we dan ook (na een oneindige periode) de BV alsnog €100,- dividend laten uitkeren waarover Klaas dan €75 in zijn portemonnee overhoudt. Zo worden appels weer peren.

Aflossing van leningen

Maar ook geldt dat de praktijk echter anders is. Een lening van de BV moet worden afgelost. Zakelijk handelen heet zo iets. Stel: de BV komt met Klaas overeen om in 10 jaar af te lossen. Ook in deze situatie doet zich het zelfde voor. De contante waarde van de investering van de lening optie is €76,63. In geval dat Klaas de investering doet na ontvangst van dividend is de contante waarde €78,12. Wordt Klaas daarbij geplaagd door een vermogensrendementsheffing, dan is de contante waarde €70,63.

Kortom: het advies aan Klaas is: benut maximaal de vrijstelling in box 3.

Investering

Hoeveel heeft Klaas nu in privé nodig? Dat is €709.000 en is als volgt opgebouwd:

Klaas heeft in privé nodig
 
Aflossing bestaande woninghypotheek
 € 275.000
Boeterente
 € 9.000
Koop nieuwe woning
 € 425.000
 
 € 709.000

Dividend

Klaas kiest er nu voor om netto €150.000 op te halen in de vorm van dividend. Dat ontstaat bij een dividend van €200.000 uit de BV. Het saldo, € 559.000 wordt door Klaas van zijn BV geleend. Hiervan is €425.000 als box 1 lening voor de aankoop en verbouwing van de nieuwe woning. Het saldo plus de netto-ontvangen dividend is €284.000. Voldoende om de hypotheekschuld plus boete te betalen.

De financiering hiervan is dus als volgt:

Financiering van Klaas privé
 
Dividend uit BV
 € 200.000
Af: dividendbelasting
 € 50.000-
Lening BV aflossing/boete bestaande woninghypotheek
 € 134.000
Lening BV (nieuwe) eigen woning
 € 425.000
Totaal 
 € 709.000

Mutatie box 3 vermogen

Hoe muteert nu het box 3 vermogen door de voorgenomen herstructurering?

De situatie van Klaas was dat zijn box 3 vermogen €80.000 negatief is. Dit door diverse bezittingen (woonhuizen) welke ook werden gefinancierd met hypotheken. Zo kan Klaas €80.000 PLUS de vrijstelling die hij met zijn fiscale partner Marie (2 x €21.139) is –afgerond- €122.000  ontvangen voordat hij geraakt wordt door een heffing in box 3.

De mutatie van het privé (box 3) vermogen van Marie en Klaas wordt dan:

Mutatie box 3
 
Bestaande eigen woning
 € 265.000
Af: boeterente
 € 9.000-
Af: schuld aan BV
 € 134.000-
Totaal mutatie
 € 122.000
Box 3 is
 € 80.000-
Na herstructurering
 € 42.000

De WOZ waarde van de bestaande eigen woning is €265.000. Dit bedrag wordt aan het eigen vermogen toegevoegd. Daarbij moet Klaas bruto €15.000 betalen. Dit is een aftrekpost. Netto betekent dat voor Klaas €9.000. Toegevoegd wordt een schuld aan de BV voor de aflossing van de schuld aan de hypotheekbank van €134.000. Per saldo muteert het box 3 vermogen met €122.000. Het box 3 vermogen wordt zo €42.000. Net binnen de vrijstelling voor de fiscale partners Klaas en Marie.

Netto voordeel

Wat duidelijk wordt is dat Klaas een deel van de algehele transacties doet via een dividenduitkering. En wel zover de ruimte in box 3 dit toelaat. Dit betekent weliswaar onmiddellijk een heffing inkomstenbelasting box 2. Maar dit blijkt gunstiger. Bij een looptijd van 10 jaar betekent dat voor Klaas een netto besparing van zo’n €3.000. Wanneer afgezet tegen een langer lopende lening kan het voordeel oplopen naar zo’n €20.000. Tel uit je winst. Verstandige keuzes bij financiële structurering loont.

©BBO&F